Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En het geschiedde omtrent na drie maanden, dat men Juda te kennen gaf, zeggende: Thamar, uw schoondochter, heeft gehoereerd, en ook zie, zij is zwanger van hoererij. Toen zeide Juda: [33]Breng ze hervoor, [34]dat zij verbrand worde! 33. Te weten, aan de stadspoort, opdat men haar voor de overheid haar proces make als een overspeelster, overmits zij aan mijn zoon Sela beloofd is. 34. Zo was dan het overspel in dien tijd, ook voor de wet, gehouden voor een doodswaardige misdaad. Zie boven, hfdst.20 vs.3, hfdst.20 vs.7,9. (34* Dit is, schoonvader.)